Beste iedereen,
Ik plukte dit onderstaande uit een ander topic, maar hier is een klank die ik mis.
k + harde klinker = k (kanin)
sk + harde klinker = sk (sko)
g + harde klinker= g (gå)
k + zachte klinker= /sj/ (köttbulle)
sk + zachte klinker= /sj/ (sked)
g + zachte klinker= j (ge, göra)
Neem deze tongbreker in gedachten: "Sjuttisju sjösjuk sjömän..."
Daar komt een soort van "voor-in-de-mond-gevormde-variant-van-de-zachte-g" een aantal keer in voor.
En ik weet dat het af en toe van het dialect afhangt of je een "sj" of die "...zachte-g" uitspreekt, maar ik vroeg me af: Hoe kan je weten dat je die laatste klank mag uitspreken?
V.h.
Arjan
Offline
Volgens mij assimileert hij maar een beetje naar voren in de mond na voorklinkers (e, i, y, ä), maar niet na ö
Ik denk ook dat het eerder een zachte ch is dan een zachte g... De stemhebbende uitspraak zou alleszins heel raar klinken voor mij
Offline
Oke dan...
Het is zoals je zegt inderdaad een stemloze klank.
Hoewel af en toe in het nederlands een g stemloos en een ch stemhebbend wordt uitgesproken als ik het goed heb. Denk maar aan het woord "graag"
Maar is het dan zo dat elke eerder genoemde "sj" (kött) klank zowel als "sj" als als die "soortement ch" kan worden uitgesproken?
Alvast bedankt en v.h.
Arjan
Offline
"kött" kan alleen met een sj/sh
Offline
In het Zweeds ziet men het "sj" in kött ook niet als een sj-klank. Het is een tj-klank voor de Zweden.
Nu is er in het Nederlands geen verschil tussen sj en tj op die manier - dus probeer ik het verschil uit te leggen met andere talen.
In veel slavische talen en het Duits is er een hele dikke /SCH/ in "stehen", "babuschka", etc. Dat komt overeen met de "sj" in "skjuta" en "sjösjuka sjömän" - en de stemloze "zachte g" is een andere uitspraakvariatie hierop. Beiden zijn even correct.
Voor woorden als kött, tjuta, chatta, tjena, kyl, ketchup etc gebruik je je gewone nederlandse "sj" (zoals in meisje) - dan krijg je de uitspraak (ongeveer) goed.
Offline