Hai allemaal,
ik heb twee vragen:
- Wanneer gebruik je nou 'att aka', wanneer 'att ga', wanneer 'att resa' en wanneer 'att köra'?
- In mijn grammaticaboek staat iets over bijwoord + voorzetselbepaling, zoals 'jag stiger ut ur bilen'. Kan iemand mij nog drie voorbeelden hiervan geven, met het liefst nog wat extra uitleg!!
Bij voorbaat dank.
Offline
Dat hangt voornamelijk van het vervoermiddel af.
Att gå: lopen/gaan (te voet)
Att köra: voornamelijk met de auto (en fiets), alleen wanneer je zelf achter het stuur zit.
Att åka: bus, auto, trein, boot enz., wanneer je passagier bent.
Att resa: reizen (net als in het Nederlands)
Enkele voorbeelden:
Jag går hem nu (ik ga naar nu huis (te voet); ik loop naar huis).
Jag åker hem nu (ik ga nu naar huis (met de fiets, auto, bus of hoe dan ook).
Jag åker tåg till jobbet; lokföraren kör tåg i jobbet.
Jag kan köra hem dig om du vågar åka med mig.
Wat je andere vraag betreft: dat is te vergelijken met het Nederlands waar het "voorzetsel" na het zelfstandig naamwoord komt (de berg op - upp på berget; de stad uit - ut ur staden; de tuin in - in i trädgården). Let ook op het verschil tussen op de berg (uppe på berget) en de berg op (upp på berget) - hetzelfde geldt voor de andere voorbeelden.
Offline
Overigens klinkt "Jag kliver ur bilen" vaak beter.
Offline
Bedankt voor de voorbeelden en uitleg!!
Offline